Wat is type 1 diabetes?


Type 1 diabetes is een ziekte waarbij het lichaam de bloedglucose niet meer zelf regelt. Dit komt doordat het lichaam te weinig of geen insuline meer aanmaakt. De bloedsuiker wordt hierdoor te hoog.

Vaak begint type 1 diabetes al bij kinderen, maar je kunt het ook op latere leeftijd nog krijgen.

Goed om te weten:


Type 1 diabetes herkennen

Er zijn verschillende signalen die kunnen wijzen op type 1 diabetes. Herken je onderstaande symptomen bij jezelf of je kind? Bel dan direct de huisarts. Deze kan vaak met 1 druppeltje bloed bepalen of de bloedsuiker te hoog is.

De symptomen van diabetes:


  • Veel dorsten en veel plassen. Dit is meer dan je gewend bent.
     
  • Afvallen zonder reden. Je hebt wel zin in eten en eet niet anders dan normaal.
     
  • Een slap gevoel of spierpijn. 
     
  • Erg moe zijn. Je hebt minder energie dan altijd of bent vaak slaperig.
     
  • Wazig zien. Je ziet niet scherp. 
     
  • Misselijk zijn of overgeven. Je voelt je ziek. 

Snel behandelen is belangrijk


Type 1 diabetes kan in korte tijd erg gevaarlijk worden. Vooral bij kinderen is het belangrijk om de ziekte snel te herkennen, zodat de behandeling kan starten. In vier tot acht uur kan een kind dat een beetje ziek is, in coma raken. Dit komt doordat het bloed erg verzuurt.

We noemen dit: diabetische ketoacidose. Hierbij moet iemand snel behandeld worden door een arts.

Reageert iemand slechter of niet meer? Bel direct 112. Het is belangrijk dat iemand zo snel mogelijk medische zorg krijgt.

De symptomen van een diabetische ketoacidose:

  • Onmeetbaar hoge bloedsuiker.
     
  • Snel ademen. De ademhaling is sneller dan normaal en wordt niet rustiger.
     
  • Suf zijn. Je krijgt niet precies mee wat er om je heen gebeurt. Ook is het moeilijk om te praten of te reageren.
     
  • Overgeven.
     

Wat gebeurt er bij diabetische ketoacidose?


Bij type 1 diabetes kan het lichaam glucose niet meer uit het bloed halen. De glucose blijft hierdoor te lang in het bloed. Het lichaam zet het niet om in energie, omdat er te weinig of geen insuline is.

Dit zorgt ervoor dat het lichaam iets anders probeert. Het zoekt andere manieren om aan energie te komen, zoals vet verbranden. Hierbij komen ketonen vrij. Dit zijn stofjes die het bloed verzuren.

Ernstige verzuring noemen we diabetische ketoacidose. 
 

Hoe begint type 1 diabetes?

Type 1 diabetes ontstaat doordat het afweersysteem cellen in het lichaam aanvalt. Dit zijn de bètacellen in de alvleesklier. Deze bètacellen maken insuline. Het afweersysteem beschadigt de bètacellen. Hierdoor maken ze geen of te weinig insuline aan. 

Insuline zorgt ervoor dat glucose in het bloed naar de cellen in het lichaam kan gaan. Het lichaam krijgt hierdoor genoeg energie. Zo kunnen spiercellen bewegen, hersencellen denken en afweercellen je lichaam beschermen.

Zonder insuline komt er te weinig energie in de cellen. Je lichaam werkt hierdoor niet meer zoals het hoort. Dit geeft klachten: de symptomen waaraan we type 1 diabetes kunnen herkennen, zoals veel plassen en veel drinken. 
 

 

Glucose en insuline

Bij type 1 diabetes zijn twee stofjes in het lichaam belangrijk: glucose en insuline. Door te weinig insuline, blijft er te veel glucose in het bloed.
 

Glucose: laat het lichaam werken


Glucose is de brandstof voor alle cellen in het lichaam. Je haalt het uit voeding. Telkens als je koolhydraten eet, zoals een boterham, zet het lichaam deze om in glucose.

De glucose uit koolhydraten komt in je bloed. Bij iemand zonder type 1 diabetes wordt de glucose uit het bloed opgenomen in verschillende lichaamscellen. Zo heeft je lichaam energie om actief te zijn.

Het lichaam zorgt er ook voor dat er altijd genoeg glucose in het bloed zit. Bijvoorbeeld ook als je even niet eet. Dan kan het lichaam glucose halen uit andere stoffen, zoals vetten en eiwitten.
 

Insuline: zorgt dat glucose de cellen in kan


Glucose kan niet zomaar de cellen in het lichaam in. Hiervoor heeft het lichaam speciale stofjes: hormonen. Insuline is een hormoon. Het wordt gemaakt door de bètacellen in de alvleesklier.

Insuline zorgt dat de cellen in het lichaam opengaan, zodat de glucose naar binnen kan. Zonder insuline komt er bijna geen glucose de cellen in. Hierdoor hebben de cellen te weinig energie om goed te werken.

Als de glucose de cellen niet in kan, dan blijft het in het bloed zitten. Je lichaam probeert de glucose op een andere manier weg te krijgen. Bijvoorbeeld door veel te plassen. Ook voel je je moe, want de lichaamscellen krijgen geen energie.

Blijft er lange tijd veel glucose in je bloed door type 1 diabetes? Dan kan dit op termijn schade veroorzaken in je lichaam, bijvoorbeeld aan de bloedvaten of bepaalde organen. Daarom is het belangrijk dat type 1 diabetes snel ontdekt wordt. 

Je lichaam kan dus niet zonder insuline. Als de betacellen in de alvleesklier niet meer genoeg insuline aanmaken, dan moet je deze zelf toedienen. Dit kan bij type 1 diabetes met een insulinepomp en infuusje of door te spuiten met een insulinepen. 
 

Type 1 en type 2 diabetes

Er bestaan verschillende soorten diabetes. Type 1 en vooral type 2 diabetes zijn het meest bekend. De meeste mensen krijgen type 2 diabetes. Rond de 1,1 miljoen mensen in Nederland leven met type 2 diabetes. 

Bij type 2 diabetes maakt het lichaam nog steeds insuline aan, maar reageren de cellen minder goed op de werking van insuline. Deze soort diabetes ontwikkelt zich vaak later in het leven en heeft vaak te maken met overgewicht, ongezonde voeding en een gebrek aan beweging. 

Als iemand type  2 diabetes heeft, is het toedienen van insuline niet altijd nodig. Vaak kan iemand met veranderingen in leefstijl, zoals meer bewegen, gezond eten en afvallen, al beter zijn bloedsuikers onder controle houden.

Ook kunnen medicijnen de werking van de eigen insulineproductie verbeteren.  Dat kan helaas niet bij type 1 diabetes. 

 

 

Type 1 diabetes krijg je niet door een ongezonde leefstijl. Het is eigenlijk een heel andere ziekte, een auto-immuun aandoening. Dat kunnen we niet genoeg benadrukken, want veel mensen met type 1 diabetes krijgen te maken met misverstanden rondom type 1. De buitenwereld denkt daarbij dat het aan de leefstijl ligt dat iemand type 1 diabetes heeft ontwikkeld. Het is echter domme pech dat iemand type 1 diabetes krijgt!

Type 1 diabetes komt minder vaak voor dan type 2 diabetes. Maar de gevolgen voor het dagelijks leven zijn veel groter bij type 1 diabetes. Ook krijgen steeds meer mensen type 1 diabetes in Nederland. Op dit moment zijn er ongeveer 100.000 mensen met type 1 diabetes in Nederland.

Bij Diabeter zijn we er voor hen, want we hebben ons gespecialiseerd in de behandeling van type 1 diabetes. Omdat we vinden dat mensen die met type 1 diabetes leven, een behandelaar verdienen met een 100% focus op die complexe aandoening. 
 

 

Zet de eerste stap naar een beter diabetesmanagement met de gepersonaliseerde, uitgebreide zorg van Diabeter.


Wij zijn er voor je
 

Start je behandeling bij Diabeter

Iemand met diabetes doorsturen

 

Essentiële diabetes tips
Alles over leven met type 1 diabetes
Type 1 Diabetes
Type 1 diabetes: Wat is het?
De behandeling van type 1 diabetes
De juiste behandeling met Diabeter
Complicaties door type 1 diabetes
Herken en voorkom complicaties
Hypo's en Hypers
Wat zijn hypo's en hypers?
Is diabetes erfelijk?
Aanleg of erfelijkheid bij diabetes?
Kind en Diabetes
Handvatten voor ouders en kinderen
Diabetes en voeding
Maak het verschil met gezonde voeding
Diabetes en sport
Sporten met type 1 diabetes
Diabetes en school
Gewoon naar school met type 1 diabetes
Diabetes en slaap
Goede nachtrust ondanks diabetes
Type 1 diabetes en vakantie
Prettig op vakantie met onze tips
Vlak na de diagnose
Wat er gebeurt na de eerste diagnose
Behandeling met insuline pen
Behandeling met insulinepen
Behandeling met insuline pomp
Diabetes behandelen met pomp
Continue glucosemonitoring (CGM)
Continue glucosemonitoring bij type 1 diabetes
Keuzehulp techniek type 1 diabetes
Toegang tot al uw diabetesgegevens in één handige app.
MODY
Wat is monogenetische diabetes?
Verzekerde zorg
Diabeter en zorgvezekeringen